Voorzitter,
De fractie van GroenLinks wil beginnen met het complimenteren van het college met deze goed leesbare en duidelijke Programmabegroting 2015. We zijn verheugd om te zien dat deze begroting vanaf 2016 een sluitend meerjarenperspectief laat zien en dat er, ondanks de ombuigingen, toch ruimte is voor investeringen in een aantal belangrijke speerpunten. We zijn ook tevreden dat er niet wordt bezuinigd op cultuur, sport en ontspanning.
Deze Programmabegroting is een vertaling van het Coalitie-akkoord van GroenLinks, WG en CDA. En in dat opzicht is dit een memorabel moment. Dit is de eerste Programmabegroting waarbij GroenLinks aan de collegetafel zit, in plaats van in de oppositie. En dat vinden we toch erg bijzonder. We vinden ook dat de Programmabegroting een goede uitwerking is van het Coalitie-akkoord 'Anders kijken, nieuwe kansen'.
Voorzitter, we staan aan de vooravond van een aantal interessante uitdagingen: de drie Transities in het sociale domein, de gevolgen van de economische crisis, de noodzaak tot het verduurzamen van onze samenleving. Dat betekent grote veranderingen en vereist creatieve oplossingen. Dit is ook de centrale boodschap van 'Anders kijken, nieuwe kansen'. En bij dit, noem het maar een innovatietraject, hoort een metafoor die vaak bij innovatie- en organisatieveranderingstrajecten wordt gebruikt:
Stel je voor, een reis met een kar die door het mulle zand wordt voortgetrokken door een groepje enthousiastelingen die met veel energie de kar voorttrekken naar een verderop gelegen einddoel. Óp de kar zit een grotere groep mensen, die wat afwachtend is, maar toch ook wel benieuwd naar waar deze reis naartoe gaat. De mensen vóórop de kar zijn iets enthousiaster en roepen, veelal ongevraagd, suggesties naar de zwoegende kartrekkers. De mensen achterop de kar, zien wel waar de reis eindigt. En dan zijn er nog degenen die áchter aan de kar hangen, sommigen zelfs met de hakken in het zand. Zij willen niet vooruit, en hebben op alles kritiek. Vroeger was alles beter, nut en noodzaak van de reis worden, al dan niet openlijk, betwijfeld.
Íedereen in de Oldenzaalse samenleving, maar ook hier in de raad, vervult één van de rollen in dit plaatje. U mag zelf uw eigen rol kiezen, maar GroenLinks ziet zich als één van de kartrekkers. De mensen met visie, energie, enthousiasme en geestdrift om de ambities, de punten aan de horizon, te bereiken.
Eén van die ambities, een heldere stip aan de horizon, is het behoren tot de top 25 van meest duurzame gemeenten. Het zal u niet verbazen dat dit voor GroenLinks een belangrijk speerpunt is. Daarnaast heeft dit college de metafoor van de kar in het mulle zand goed begrepen. Hoe meer mensen van óp de kar verhuizen naar de trekkers, des te sneller komt de kar vooruit. Daarom is het budget van 100.000 euro voor duurzaamheid ook zo'n goede investering. Het zorgt ervoor dat het niet alleen bij woorden blijft, maar ook wordt omgezet in daden die door vele mensen gesteund en uitgevoerd moeten gaan worden. Het einddoel is belangrijk, maar de reis naar het doel toe, en de rol die reizigers daarbij krijgen of zichzelf toebedelen, is minstens zo belangrijk voor succes.
Daarnaast is het belangrijk dat de mensen die achter aan de kar hangen óp de kar gehesen wíllen worden. Daarvoor zijn successen nodig, mooie voorbeeldprojecten en enthousiaste aanjagers. Goede communicatie en voorlichting, alsmede de voorbeeldfunctie van de gemeente zijn hierbij van wezenlijk belang. Denk aan de bijvriendelijke gemeente en het meedoen aan de Nacht van de Nacht. We vragen dan ook het college deze lijn voort te zetten en het belang van duurzaamheid te blijven uitdragen.
Deze voorbeeldfunctie van de gemeente is ook belangrijk in het Sociale Domein. Hier staan grote veranderingen te gebeuren die vrijwel elke Oldenzaler zullen raken: als zorgvrager, professionele zorgverlener, vrijwilliger, welzijnswerker, ambtenaar of mantelzorger. Maar ook werkgevers krijgen hiermee te maken. Met name als het gaat om het scheppen van de voorwaarden voor mantelzorgers om werk en zorg goed te kunnen combineren. De gemeente zelf is ook een werkgever, en daarom heeft de GroenLinks fractie eerder al schriftelijke vragen gesteld of de gemeente zichzelf wil uitroepen tot mantelzorgvriendelijke werkgever. Hoewel de inhoudelijke beantwoording op onze vragen nog volgt, willen we hier toch aan de portefeuillehouder vragen of hij het belang onderschrijft van de voorbeeldfunctie van de gemeente als mantelzorgvriendelijke werkgever. Immers, hoe meer mensen van op de kar verhuizen naar kartrekker, des te voorspoediger verloopt de reis.
Wat we tijdens de reis natuurlijk niet willen, is dat mensen van de kar vallen of het tempo niet goed kunnen bijbenen. In Oldenzaal staat noaberschap hoog in het vaandel, en het is dan ook 'samen uit, samen thuis'. Echter, ten aanzien van de mantelzorgers maakt GroenLinks zich zorgen over overbelasting. Door de kortingen die het Rijk opgelegd heeft aan de gemeenten voor de 3 Transities zullen mensen vaker en ook een groter beroep moeten doen op de mensen om zich heen. Dit kan leiden tot overbelasting van de mantelzorger. Naast ondersteuning van de mantelzorger is de identificatie van deze overbelasting, als preventiemaatregel, net zo belangrijk. Tijdige identificatie van overbelasting of dreigende overbelasting is noodzakelijk om het 'omvallen' van de mantelzorgers te voorkomen. Te meer omdat dit voor de mantelzorger zelf een persoonlijk drama kan zijn (men kan dit voelen als persoonlijk falen), alsook voor de zorgontvanger omdat dit vaak betekent dat men over moet stappen naar andere vormen van zorg en zelfs niet meer thuis kan blijven wonen. Daarnaast kan het goed functioneren van mantelzorgers voorkomen dat zorgvragers eerder een beroep moeten doen op duurdere professionele hulp.
In Oldenzaal is naar schatting de helft van de overbelaste mantelzorgers, zo'n 450 mensen, onbekend bij mantelzorgondersteunende instanties. Het signaleren van overbelasting bij mantelzorgers kan door diverse zorgprofessionals en welzijnswerkers plaatsvinden. Daarvoor moeten zij op korte termijn over voldoende kennis en tools beschikken. De Stichting Informele Zorg zou bijvoorbeeld ingeschakeld kunnen worden om deze deskundigheid te bevorderen. Vanuit het Rijk komt er geld naar de gemeente dat geoormerkt is voor mantelzorgwaardering en -ondersteuning. Maar om te zorgen dat identificatie van overbelasting en dreigende overbelasting aan de voorkant voldoende aandacht krijgt dient GroenLinks, samen met WG en CDA, een motie in, waarvan het dictum luidt;
Roept het College op:
- Om vooralsnog voor het jaar 2015 een bedrag van 30.000 euro uit het Mantelzorgcompliment in te zetten voor initiatieven die identificatie van overbelasting en dreigende overbelasting bij mantelzorgers structureel bevorderen.
Een andere groep die we graag op de kar willen houden zijn de mensen met een smalle beurs. Minimabeleid en armoedebestrijding zijn belangrijke thema's voor GroenLinks. We zien dat er in de begroting intensivering van het armoedebeleid is opgenomen en dat daar 140.000 euro extra vanuit het Rijk naar de gemeenten komt. De portefeuillehouder heeft tijdens het Politiek Forum gezegd dat het college nog met een voorstel hiervoor komt. Kan de portefeuillehouder aangeven wanneer we dat voorstel mogen verwachten? Daarnaast doen wij nog graag de suggestie om niet alleen naar mensen met een lage uitkering te kijken, maar ook naar de zogenaamde ' werkende armen'. En denkt u ook aan laagdrempelige schuldhulpsanering en naar de mogelijkheden voor een kindpakket, zoals eerder door GroenLinks is voorgesteld. Ook hebben we tijdens het politiek forum begrepen dat de voedselbank extra subsidie blijft ontvangen. Graag horen wij nog van de portefeuillehouder of dat inderdaad zo is, en of dat hetzelfde bedrag van 10.000 euro blijft?
Een ander speerpunt van GroenLinks is werkgelegenheid en participatie. Een betaalde baan of zinvolle dagbesteding is belangrijk om mee te kunnen doen in onze samenleving. Daarbij moet centraal staan wat iemand wél kan, in plaats van wat iemands beperkingen zijn. De Participatiewet moet nog behandeld worden, en we zijn dan ook benieuwd naar de uitwerking ervan, en met name naar de betrokkenheid van het Oldenzaalse bedrijfsleven. Want , in termen van onze metafoor, ook hier geldt: hoe meer kartrekkers, hoe voortvarender de reis.
We zijn positief over het werkgelegenheidsfonds. We vragen aan het college wel specifieke aandacht voor de voorwaarden waaronder werkgevers een beroep kunnen doen op dit fonds. We hechten er zeer aan dat het geld wordt gebruikt waarvoor het is bedoeld: reële werkgelegenheid scheppen in Oldenzaal.
Tenslotte, voorzitter, ik heb in deze bijdrage de metafoor van 'een reis met een kar in mul zand' gebruikt om de uitdagingen waar we voor staan te illustreren. Om dit beeld compleet te maken is het noodzakelijk om ook even stil te staan bij de mogelijkheden om de kar zélf te verbeteren of te innoveren. Lichter materiaal? Een motor erop? Of windzeilen? Of ski's in plaats van wielen? Wat we willen zeggen is dat innovatief denken en creativiteit nodig zijn om te komen tot goede oplossingen. Kruisbestuiving tussen disciplines en beleidsvelden is noodzakelijk. Service in de Stad vinden wij zo'n voorbeeld van creatieve verbindingen tussen mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en nieuwe vormen van maatschappelijke ondersteuning. Maar ook op het gebied van duurzaamheid zien we deze creatieve verbindingen. Andere vormen van openbaar groenonderhoud zorgen voor meer biodiversiteit én lagere kosten. Bij openbare verlichting zien we ook dat duurzaamheid loont! We dagen het college en de raad dan ook uit om open te staan voor dit soort vernieuwingen om zo nog meer inhoud te geven aan 'Anders kijken, nieuwe kansen'.
Tot zover